De bolle boze bakker
Er was eens een oude bakker,die vreselijk dik en vreselijk onaardig was.
Daarom noemde iedereen hem de bolle,boze bakker.
De boze bakker had een knecht die hij heel hard liet werken.
En alsof dat nog niet genoeg was, deed de bakker ook nog eens heel lelijk tegen zijn knecht..
Als ze samen aan tafel zaten,at de bakker alle lekkere dingen op.
En de knecht?
Die kreeg alleen maar een halve,oude krentebol.
Geen wonder dat de knecht steeds dikker werd.
Maar klagen deed hij niet.
Hij durfde niets tegen de bakker te zeggen,want als de bakker boos werd, gebeurden er verschrikkelijke dingen met de knecht.
Hij was al een keer in een grote meelton gegooit.
En elke keer als hij per ongeluk een krentje op de grond liet vallen,kreeg hij 10 harde schoppen van zijn baas.
Op een dag was de bolle,boze bakker weer in een afschuwelijk humeur.
Hij gaf de arme knecht zo'n harde klap met de deegroller dat het ding meteen in stukken brak.
'Ook dat nog !'brulde de bakker woest.
En hij sprong meteen op zijn fiets om een nieuwe deegroller te kopen.
De metselaar uit het dorp had toevallig door het keukenraam gezien wat er gebeurd was.
Hier moet ik iets aan doen,dacht hij verontwaardigd.
Die arme knecht.
Dit kan zo niet langer.
Zodra de bakker weg was,stapte hij de bakkerij binnen.
De knecht schrok zich een hoedje ,omdat hij dacht dat de bakker alweer terug was.
'Wees maar niet ,'zei de metselaar.
'Ik heb gezien wat er gebeurd is en ik zal je wel helpen.'
Hij nam de knecht mee naar buiten en haalde zijn metselspullen uit zijn wagen.
Daarna vroeg hij de knecht zoveel mogelijk stenen te zoeken.
Na een halfuurtje hadden ze al een flinke hoop stenen bij elkaar.
De metselaar bouwde er een prachtige put van.
Op het dat de put klaar was,kwam de boze bakker terug.
'Wat moet dat in mijn tuin?'schreeuwde hij kwaad.
'Hoho,'zei de metselaar.
'Je hoeft niet zo te schreeuwen.
Dit is een cadeau.
Dit is namelijk geen gewone put;dit is een geluksput.
Iedereen die even in deze put zit ,word vreselijk gelukkig.
Ik stel daarom voor dat je knecht er even in gaat,want hij ziet er echt heel erg ongelukkig uit!'
'Onzin,'zei de bakker boos.
Hij duwde de knecht aan de kant.
'Dit is mijn tuin,dus het is ook mijn put!'
En hij sprong er meteen in.
Maar omdat de bakker zo dik was,zat hij helemaal klem in de put.
Hij kon er met geen mogelijkheid meer uit.
'Noem je dat een geluksput?'schreeuwde hij razend.
'Nou en of,'zei de metselaar lachend.
'Kijk maar eens hoe gelukkig je knecht er nu uitziet.'
En dat klopte.
De knecht was dolgelukkig.
Nu kon de bakker hem nooit meer kwaad doen.
Hij bracht de bakker elke dag veel taartjes en koekjes,zodat hij niet dunner kon worden.
En als er niets veranderd is,zit de bolle,boze bakker nog steeds in de put.
En de knecht?
Die is inmiddels de beste bakker van de hele wereld!
Er was eens een oude bakker,die vreselijk dik en vreselijk onaardig was.
Daarom noemde iedereen hem de bolle,boze bakker.
De boze bakker had een knecht die hij heel hard liet werken.
En alsof dat nog niet genoeg was, deed de bakker ook nog eens heel lelijk tegen zijn knecht..
Als ze samen aan tafel zaten,at de bakker alle lekkere dingen op.
En de knecht?
Die kreeg alleen maar een halve,oude krentebol.
Geen wonder dat de knecht steeds dikker werd.
Maar klagen deed hij niet.
Hij durfde niets tegen de bakker te zeggen,want als de bakker boos werd, gebeurden er verschrikkelijke dingen met de knecht.
Hij was al een keer in een grote meelton gegooit.
En elke keer als hij per ongeluk een krentje op de grond liet vallen,kreeg hij 10 harde schoppen van zijn baas.
Op een dag was de bolle,boze bakker weer in een afschuwelijk humeur.
Hij gaf de arme knecht zo'n harde klap met de deegroller dat het ding meteen in stukken brak.
'Ook dat nog !'brulde de bakker woest.
En hij sprong meteen op zijn fiets om een nieuwe deegroller te kopen.
De metselaar uit het dorp had toevallig door het keukenraam gezien wat er gebeurd was.
Hier moet ik iets aan doen,dacht hij verontwaardigd.
Die arme knecht.
Dit kan zo niet langer.
Zodra de bakker weg was,stapte hij de bakkerij binnen.
De knecht schrok zich een hoedje ,omdat hij dacht dat de bakker alweer terug was.
'Wees maar niet ,'zei de metselaar.
'Ik heb gezien wat er gebeurd is en ik zal je wel helpen.'
Hij nam de knecht mee naar buiten en haalde zijn metselspullen uit zijn wagen.
Daarna vroeg hij de knecht zoveel mogelijk stenen te zoeken.
Na een halfuurtje hadden ze al een flinke hoop stenen bij elkaar.
De metselaar bouwde er een prachtige put van.
Op het dat de put klaar was,kwam de boze bakker terug.
'Wat moet dat in mijn tuin?'schreeuwde hij kwaad.
'Hoho,'zei de metselaar.
'Je hoeft niet zo te schreeuwen.
Dit is een cadeau.
Dit is namelijk geen gewone put;dit is een geluksput.
Iedereen die even in deze put zit ,word vreselijk gelukkig.
Ik stel daarom voor dat je knecht er even in gaat,want hij ziet er echt heel erg ongelukkig uit!'
'Onzin,'zei de bakker boos.
Hij duwde de knecht aan de kant.
'Dit is mijn tuin,dus het is ook mijn put!'
En hij sprong er meteen in.
Maar omdat de bakker zo dik was,zat hij helemaal klem in de put.
Hij kon er met geen mogelijkheid meer uit.
'Noem je dat een geluksput?'schreeuwde hij razend.
'Nou en of,'zei de metselaar lachend.
'Kijk maar eens hoe gelukkig je knecht er nu uitziet.'
En dat klopte.
De knecht was dolgelukkig.
Nu kon de bakker hem nooit meer kwaad doen.
Hij bracht de bakker elke dag veel taartjes en koekjes,zodat hij niet dunner kon worden.
En als er niets veranderd is,zit de bolle,boze bakker nog steeds in de put.
En de knecht?
Die is inmiddels de beste bakker van de hele wereld!