De Heks en de Straaljager.
Er was eens een heks, die er genoeg van kreeg elke keer twee uur nodig te hebben om van Malden, waar ze woonde naar Nijmegen te reizen . Dat deed ze namelijk op een oude bezem!
Toen kreeg ze de kans van haar leven! Op een klein vliegveldje werd ze een dief‑heks en ze pikte een straatjager.
De baas van de straaljager zag dat wel, maar de heks was hem te vlug af! Hij zag zijn mooie vliegmachine in de wolken verdwijnen.
Toen de heks merkte, dat andere piloten achter haar aan zaten ging ze een tovertruckje uithalen. Elke keer als ze op een vliegveld lande spreidde ze haar vingers uit en zei ze "Psst". Dan bleven alle vliegtuigen staan waar ze stonden. Geen een vliegtuig kon meer opstijgen!
Zo ging de heks alle vliegvelden langs en hoe langer hoe meer vliegtuigen bleven staan waar ze stonden.
Een paar mannen gingen eens met elkaar praten. Wat doen we daar toch aan, zeiden ze. Er was een man bij die een oude wijze man in India kende. Daar gingen ze eens mee praten. Hij vroeg 40.000 gulden om de heks te vangen. Nou, dat betaalden ze maar wat graag!
Toen het 14 dagen later was hadden ze nog niets van de oude wijze man gehoord! Zou hij van onze centen lekker bruin liggen te bakken aan een mooi strand?
Maar nee, dat was niet zo! De oude man had alle vliegvelden met een plakkertje aangegeven op een wereldbol.
Toen zag hij, dat er ergens in Australiƫ een vliegveld, waar de heks nog niet was geweest! Daar ging hij met boot en trein naar toe. "He", riep hij, "doen jullie vliegtuigen het nog?" Nou, er was daar nog niets aan de hand!
Hij was nog maar net met die mensen van de vliegveld aan het praten, toen er aan de horizon een stipje was te zien. Is dat een vliegtuig van jullie? vroeg hij. Nee, dat was niet zo. Zelfs de verkeerstoren had niets van de vliegtuig gehoord!
Dan moet dat bijna wel de heks zijn, dacht de oude, wijze man.
Toen de heks ‑ want die was het ‑ ging landen, rende hij de landingsbaan op. De heks stapte uit . Ze wilde net met haar handen de toverspreuk doen, toen de oude man haar een schop tegen haar kont gaf. Ze viel op de grond en nog voor ze verder wat kwaads uit kon voeren had de oude man haar handen beetgepakt en van achter vastgebonden. Toveren kon ze zo niet meer!
Zo, ga nou maar eens al die vliegtuigen weer laten vliegen, zei de oude man. Dat wou die heks helemaal niet. Ik ben niet gek, zei ze, jullie kunnen mij toch niets doen!
Nou dat was niet zo. Ze namen een grote ton, die op het vliegveld stond en daar werd de heks ingezet. Toen begonnen de mannen van het vliegveld steeds meer emmers water in de ton leeg te gooien. Op het laatst kwam het water bij de heks tot haar kin. Nog wilde ze niet meewerken! Toen tot aan haar mond. Ze kon nog net met haar neus adem halen. Toen nog een emmer erbij en de heks verdronk bijna. Help! schreeuwde ze. Haal me eruit! Ik zal alles doen wat jullie maar willen.
Ze kon niet in een keer alle vliegtuigen weer laten vliegen. Daarvoor moest ze naar al die vliegvelden toe.
Dat hebben ze toen gedaan. Steeds kwam er weer een vliegveld bij, waar alles weer lekker kon vliegen!
Toen het laatste toestel weer op kon stijgen, waren de heks en de oude man in Kazakstan.
Wat doen we nou met jou? Vroegen ze aan de heks. Ach, laat mij toch lopen, zei ze. Nee, zei iedereen, dat niet. Maar als je beloofd nooit meer slechte dingen te doen, zullen we je niet in de gevangenis stoppen. Je vliegtuig ben je natuurlijk kwijt, maar als je nu gaat lopen naar Malden, dan hebben we voorlopig geen last meer van je.
Ik denk, dat die lelijke heks nu nog ergens tussen Kazakstan en Malden loopt, want dat is wel een stevige wandeling!
Bron: Verhaaltjesopa