Herfstverhaal
De verrassing
Het was oktober geworden.
De bladeren waren van de boom gevallen.
Ze lagen nu op de grond.
'Ik ga naar het huis van Pad,' zei Kikker.
'Ik ga al de bladeren bij elkaar harken die op zijn grasveld zijn gevallen. Dat wordt een echte verrassing voor hem.'
Kikker pakte een hark uit de schuur.
Pad keek uit zijn raam.
'Overal liggen van die smerige bladeren,' zei Pad.
Hij pakte een hark uit de kast.
'Ik ga naar het huis van Kikker om al zijn bladeren bij elkaar te harken.
Wat zal Kikker dat fijn vinden.'
Kikker rende door het bos, zodat Pad hem niet zou zien.
Pad rende door het hoge gras, zodat Kikker hem niet zou zien.
Kikker kwam bij het huis van Pad. Hij keek door het raam naar binnen.
'Dat komt mooi uit,' zie Kikker. 'Pad is niet thuis. Hij zal nooit te weten komen, wie zijn bladeren bij elkaar heeft geharkt.'
Pad ging naar het huis van Kikker. Hij keek door het raam naar binnen.
'Dat komt mooi uit,' zei Pad. 'Kikker is niet thuis. Hij zal nooit kunnen raden, wie zijn bladeren heeft geharkt.'
Kikker ging hard aan het werk. Hij harkte de bladeren op een grote hoop. Het grasveld van Pad was al gauw schoon. Kikker legde de hark over zijn schouder en ging op weg naar huis.
Pad begon ijverig te harken en maakte van de balderen één grote hoop.
Al gauw was er geen blad meer te zien in de voortuin van Kikker.
Pad legde de hark over zijn schouder en ging op weg naar huis.
Toen kwam de wind. Hij blies over het land. De hoop dorre bladeren die Kikker voor Pad bijeen had geharkt, werd naar alle kanten geblazen.
De hoop dorre bladeren die Pad voor Kikker bijeen had gebracht, werd naar alle kanten geblazen.
Toen Kikker thuiskwam, zei hij: 'morgen ga ik de bladeren opruimen die op mijn eigen grasveld liggen. Wat zal Pad verrast staan te kijken!'
Toen Pad thuiskwam, zei hij: 'morgen ga ik hard aan het werk om mijn eigen bladeren op te ruimen. Wat zal Kikker verrast opkijken!
Die avond waren Kikker en Pad allebei gelukkig, toen ze ieder het licht uitdeden en naar bed gingen.