Marieke was al sinds ze heel klein was dol op paarden. Sommige mensen vinden het maar enge grote beesten, met een hele grote bek en hele grote tanden, maar Marieke vond eigenlijk alle paarden lief!
Maar de laatste tijd was er één paard waar ze echt helemaal wèg van was. Het lieve dier heette Blackie, omdat ze (het was een merrie) bijna helemaal zwart was. En wat ook heel leuk was: Blackie zou over een paar dagen een veulentje krijgen! Marieke ging bijna elke dag naar de manege om te kijken of het kleine paardje al geboren was.
En toen was het zover. Marieke was 's middags naar de stal van Blackie gegaan en ja hoor, naast Blackie stond een heel jong veulentje. Het kon amper op zijn pootjes staan, zo wankel stond het nog! Nu had Marieke twee grote vrienden: Blackie en Bruintje, want zo had de eigenaar van de manege het kleintje genoemd, omdat het diertje bijna helemaal bruin was, heel anders als zijn moeder. Een paar keer per week ging Marieke naar haar paardjes toe. Ze borstelde ze, gaf ze vers voer en de paarden kenden haar ook al gauw. Als ze binnenkwam, kwamen ze allebei tegelijk op haar af. Samen met een vriendinnetje en natuurlijk met Jaap, de man die haar paardrijles gaf gingen ze wel eens een eindje door het bos rijden. Het veulentje draafde dan met zijn moeder mee en het verloor haar geen moment uit het oog! Het was een heel leuk gezicht, als je dat stelletje door het bos zag gaan.
Voortaan mocht Marieke op Bruintje rijden. Op de middag, dat Blackie was vertrokken, maakte zij haar eerste rit. Toen ze het paard uit zijn box haalde, liep die eerst naar de box van zijn moeder. Nou kunnen paarden natuurlijk niet huilen, maar Marieke was er bijna zeker van, dat ze tranen in de ogen van haar paard zag, toen die de lege stal van zijn moeder ontdekte. Toch ging ze een eindje met hem rijden. Na een tochtje van anderhalf uur waren ze weer terug in de manege. Marieke verzorgde haar paard eerst nog en ging toen naar huis. De daarop volgende weken reed ze steeds weer op Bruintje en het paard en zij werden echte vrienden!
Twee maanden nadat Blackie was weggehaald maakte Marieke weer eens een flinke rit met Bruintje. Deze keer was ze alleen, maar dat vond ze niet erg. Samen met haar paard reden ze deze keer niet het bos in, maar ze maakten een tocht over smalle paden tussen de weilanden in de buurt van de manege. En wat er toen gebeurde! Ruim een uur waren ze onderweg, toen Bruintje plotseling vreemd ging doen. Eerst hinnikte hij plotseling heel hard en het leek wel, of er in de verte ook een paard hinnikte! Toen ging Marieke's paard op zijn achterbenen staan! En voor ze wist wat er gebeurde stoof het dier er als een speer vandoor. Marieke moest haar uiterste best doen om niet van haar paard te vallen, want niet alleen holde die erg snel, hij sprong bovendien ook nog af en toe over een afrastering van een weiland! Ze klemde zich vast aan zijn manen en opeens stond Bruintje stil. Midden in het weiland, waar hij was gestopt, stond een bijna zwarte merrie. Marieke zag het meteen en Blackie, want die stond daar, kwam direct naar hen toe. O, wat waren die twee dieren blij! Ze knuffelden elkaar gewoonweg. Bruintje had zijn moeder weer gevonden!
Bron: De verhaaltjesopa